Toespraak Andrée van Es Kristallnachtherdenking 2011

Geachte aanwezigen,

73 jaar jaar geleden dompelde een nacht die de geschiedenis in zou gaan als de Kristallnacht Europa onder in kou en duisternis. In die nacht, van 9 op 10 november 1938, staken nationaalsocialisten in Duitsland duizenden winkels en bedrijven van Joden in brand, of vernielden ze op een andere manier. Met honderden synagogen in Duitsland gebeurde hetzelfde. Ook Joodse scholen, huizen, ziekenhuizen en begraafplaats ontkwamen niet aan de furie van deze novembernacht. Er werden bijna 100 Joodse burgers vermoord in de pogrom, die op bevel van Joseph Goebbels werd volbracht.

Wij zijn hier samen omdat deze nacht de volgende stap inluidde van nietsontziend geweld tegen de joodse burgers in Europa. De Joodse gemeenschap was sinds de machtsovername door de nazi’s in 1933 steeds vaker het slachtoffer geweest van pesterijen. Rechten werden aan Joden onthouden, intimidatie en straatgeweld namen stap voor stap toe. De Kristalnacht markeert de overgang van deze periode, naar een inktzwart tijdperk van uitroeiing van de Joodse bevolking in grote delen van Europa.

Kunnen we onder ogen zien dat daarbij stilstaan, het echt met elkaar tot ons door willen laten dringen, wat er toen gebeurde, verschillen van mening over het hier en nu zou moeten overvleugelen? Ik word vaak letterlijk tot stomheid geslagen als ik erover nadenk. Gelukkig hebben we dichters. Gerrit Achterberg schreef kort na de Kristallnacht:

Hoeken met huisgeheimen komen bloot.
De vloeren schamen zich dood.
De lamp hangt laag en groot,
want de tafel is weggenomen.

 
De herdenking van de Kristalnacht in het hart van ons Amsterdam laat ons voelen hoe het hart van een stad vertrapt kan worden door discriminatie, ontmenselijking, terreur. Hoe het gewone dagelijks leven dat wij iedere dag leven in de stad weg is voor zovelen die hier ooit woonden. Rond vier mei hingen hier aan het stadhuis de plakkaten met de informatie dat hier Joodse families woonden.

Siegfried van Praag beschreef het leven in Jeruzalem van het westen.
Door de jodenbreestraat, waar op zaterdagmiddag de meeste winkels nog gesloten waren en veel mensen op het trottoir stonden of op en neer slenterden, en enkele venters toch wat vruchten aanboden, kwamen ze op de Nieuwmarkt. Daar hield een sfeer op en begon een andere. De oer-Amsterdamse werd sterker dan die van het Jeruzalem van het Westen. Hoewel de zee nog niet onmiddellijk aan wal lag, waren de zeelieden aanwezig. De handel, die in de Joodse wijk voor de onmiddellijke verbruikers in etalages lag uitgestald, weelderige textiel en zich hartstochtelijk biedend snoepgoed, was hier gekoppeld aan ’t verkeer. De handel rammelde over de keien, in voortrijdende karren en vrachtauto’s. Hij knarste en mokerde vanaf de Kloveniersburgwal, waar vaten en ijzeren staven uitgeladen en met een smak op de kadewand werden geworpen. Hij sprak uit de opschriften op pakhuizen, die al scheepsartikelen aankondigden. In de kroegen zaten zeelui, sjouwers, kleurlingen, blonde meiden uit de buurt, maar weinig Joden. Toch huisden ze vlakbij, in de Sint-Anthoniebreestraat, in dromen en ook, verspreid nog en in kleiner getal, in de straten om de markt. Met een dreun en een vuistslag maakte de Nieuwmarkt, al stonden er op werkdagen de kramen van de Joodse handelaars en lag er de rommel van standwerkers, een eind aan het gemoedelijke ghetto. De lach werd wilder, het gevecht directer, de erotiek onmiddellijk, zonder omhaal. Daar zorgden de vrouwen van Geldersekade, Zeedijk en Achterburgwal voor.

Dáárbij stil staan, bij dat dagelijks leven van oude mensen, jonge mensen, van linkse mensen, rechtse mensen, van religieuzen en atheïsten, dat dagelijks leven dat er ooit was en dat er niet langer mocht zijn, Daarbij stilstaan is respectvol en helpt ons waar te maken: dat nooit weer.

Dat helpt ons te bedenken wat echt belangrijk is.

Dames en heren. Niet alleen in Amsterdam wordt vanavond de Kristallnacht herdacht. Dat gebeurt ook in andere steden. Ik heb het niet uitgezocht, maar ik weet niet of er nog andere plekken zijn waar, net zoals in Amsterdam, twee herdenkingen zijn. Eerder vanavond was ik, samen met onze burgemeester Erberhard van der Laan bij de herdenking van het Centraal Joods Overleg in de Portugese Synagoge.

En eerlijk gezegd: Ik betreur dat. Want wij willen toch niet terug naar de jaren waarin er twee bijeenkomsten bij de Dokwerker waren, hier vlakbij, omdat de communisten en de sociaal-democraten de Februaristaking in amsterdam voor geen goud samen wilden vieren? Daarop kijken wij met gene terug. Amsterdammers willen de Kristalnacht met elkaar herdenken en daar hoort niet bij “wie niet voor mij is is tegen mij”, of wapperen met een vlag. Daar hoort eenheid bij die nodig is om onrecht te bestrijden. Ik herhaal hier de woorden die burgemeester Van der Laan twee uur geleden in de Portugese synagoge uitsprak:

We willen een oproep doen aan het Platform Stop Racisme en Uitsluiting, om de dialoog met het Centraal Joods Overleg over één herdenking aan te gaan, met de bereidheid om het historische karakter van de Kristallnacht als startschot van de jodenvervolging leidend te laten zijn bij de herdenking en de opzet ervan. Zodat we deze belangwekkende en aangrijpende gebeurtenis volgend jaar samen kunnen herdenken. Wij bieden graag onze hulp aan om dit te realiseren; het onderwerp is te belangrijk om verdeeld over te blijven.

Ik hoop dan ook dat Amsterdammers volgend jaar in gezamenlijkheid de Kristalnacht zullen kunnen herdenken.

Dank u wel.

Andrée van Es, 9 november 2011

Reacties zijn gesloten.